‘Het kan niet zo zijn dat iemand niemand heeft’

‘Het kan niet zo zijn dat iemand niemand heeft’

‘Het kan niet zo zijn dat iemand niemand heeft’

Mensen in een verpleeghuis hebben vaak een veelbewogen leven achter zich. Wil je goed voor hen zorgen, zoek dan verbinding met hun persoon en hun verleden, zegt specialist ouderengeneeskunde Gerrit Nieuwenhuis.

Alsof zijn eigen opa overleed. Zo voelde het eerste overlijden dat Gerrit meemaakte als pas afgestudeerde verpleeghuisarts. “Ik vond het erg moeilijk om te zien dat mensen achteruit gingen en overleden. Maar dat kun je niet volhouden. Mee-leven is belangrijk, maar mee-lijden houd je niet vol.”

Ruim 35 jaar later lukt het Gerrit goed om afstand te bewaken. Toch kan hij nog altijd verdriet ervaren als een cliënt overlijdt. Bijvoorbeeld als een patiënt met het syndroom van Korsakov overlijdt, met wie hij jaren optrok. De specialist ouderengeneeskunde zoekt dan ook altijd de verbinding met zijn patiënten. “Ik wil er zíjn voor mensen.”

Met de voeten in de modder

Eigenlijk wilde Gerrit helemaal geen arts worden. Nadat hij werd afgekeurd voor de politieacademie, bleek uit een beroepskeuzetest dat hij geknipt was voor geneeskunde. “Zij zagen dingen in mij die ik niet kon vermoeden.  In mijn hele familie werkte niemand in de zorg.” Pas toen Gerrit na zijn eerste studiejaar een maand als verpleeghulp ging werken in een ziekenhuis, viel het kwartje. “Ik hielp mensen die ziek waren en geholpen moesten worden. Dat gaf me voldoening. Dan moest het vak van dokter ook iets voor me zijn.”

Gerrit koos voor de huisartsenopleiding. Begin jaren tachtig waren er weinig banen voor huisartsen. En eigenlijk wilde hij tropenarts worden en de zending in, maar ook die deur ging dicht. Dus solliciteerde Gerrit op de artsenfunctie bij de gereformeerde bejaardenhuizen in Rotterdam. “Ik had nog nooit een verpleeghuis van binnen gezien. Wat ik zag bij binnenkomst was een drama. De uitstraling van het gebouw, de gebrekkige professionaliteit. Er moest veel gebeuren.”

Waarom koos Gerrit uiteindelijk voor de ouderenzorg? “Ik wilde vanuit mijn christen-zijn iets zinnigs doen voor anderen. Want het is heel mooi om er allerlei ethische gedachten op na te houden - zoals over abortus en euthanasie - maar dat krijgt pas betekenis als je er ook handen en voeten aan kunt geven in de praktijk.”

Perspectief van het leven

Gerrit zoekt dus naar de verbinding met zijn patiënten. Wat is zijn of haar verhaal en welke rol speelt dit in het ziek-zijn? Zo behandelde hij een vrouw die een uitgezaaide vorm van kanker had. “Ze leed ondraaglijke pijn. Ik begon een gesprek en hoorde een Duits accent. Ze kwam uit Polen en had in en na de Tweede Wereldoorlog van alles meegemaakt. De doodsdreiging van haar ziekte maakte de ellende en dreiging van die tijd weer los. Zodra we daar overheen konden kijken werd de pijn, met hulp van antidepressiva, draaglijk. Ze is heel rustig overleden.”

De eerste jaren maakte Gerrit wel zo’n vijftig tot tachtig sterfgevallen per jaar mee. “Ik heb me toen eindeloos bezig gehouden met vragen als het waarom van het lijden. Mijn vrouw had die vragen ook.” Die doordenking heeft hen geholpen om een eigen moeilijke periode te doorstaan toen hun dochter op elfjarige leeftijd overleed. “Nu overkwam het óns.” Gerrit houdt zich niet zozeer bezig met de waarom-vragen die te stellen zijn bij het lijden:  “Wie zegt dat het kwaad christenen niet zou treffen? Kijk naar het verhaal van Job. Daar zijn wij samen eindeloos mee bezig geweest. Natuurlijk is het erg en verdrietig als je dochter ziek wordt en sterft. Maar ik mag weten dat ze vertrouwend gelovig naar haar hemelse Vader is gegaan. Dan mag het verdriet en het gemis er wel zijn. Dat wil ik niet ontkennen. Dat is onderdeel van het bestaan, maar we hebben gelukkig uiteindelijk een ander perspectief: eeuwig leven bij God.”

Korsakov

Gerrit werkt hoofdzakelijk in verpleeghuis Slingedael. Hier wordt gewerkt vanuit de opvatting dat het de diaconale taak van een christelijk verpleeghuis is om iedereen te helpen, ongeacht wat hij mankeert of wat zijn verleden is. Vanuit die gedachte werden al in de jaren tachtig mensen opgenomen die nergens anders terecht konden. Onder hen waren ook patiënten met het syndroom van Korsakov. Zij hebben zoveel alcohol gedronken en hun lichaam verder verwaarloosd dat een vitaminegebrek ontstaat. De combinatie van vitaminetekort en te veel alcohol zorgt voor hersenbeschadiging. In 1989 opende Slingedael een speciale afdeling voor hen, waar Gerrit bij betrokken was. Toen hij eind jaren negentig ook spreekuren voor dak- en thuislozen opzette, kwam hij veel schrijnende gevallen van verslaving tegen.  Mensen die niet meer voor zichzelf konden zorgen en de diagnose korsakov kregen, werden opgenomen in Slingedael. Dat groeide uit tot een specialistisch verpleeghuis, juist voor deze doelgroep.

Naast zijn werk als verpleeghuisarts werd Gerrit actief als straatdokter. Waarom? “Zoiets komt op je pad. Ik werd uitgenodigd eens mee te kijken naar de zorg voor deze mensen. Je ziet mensen verpauperen door een gebrek aan zorg en aandacht. En ik was in staat daar wat aan te doen. Zowel persoonlijk om zorg te leveren als om geld te werven om die hulp te kunnen bieden. Ik kende die wereld niet, wist niet dat die bestond. Maar uiteindelijk hoef ik niet naar Afrika om mijn naaste te dienen.”

Ook met deze doelgroep weet hij zich verbonden. “Met mensen met korsakov kun je een ‘normaler’ verbaal contact hebben dan met mensen met dementie. Ik vind het leuk om met hen om te gaan. Net als met mensen die dak- en thuisloos zijn. Ik heb gewoon een klik met hen.” Dat snapt niet iedereen met wie Gerrit over zijn werk spreekt. “ ‘Hoe kun je omgaan met mensen die zich omdraaien en vervolgens niet doen wat je hen hebt geadviseerd?’, vragen ze dan. Maar ik krijg ook elke dag een nieuwe kans van God. Waarom zou ik hen die dan niet geven?”

Verbonden in geloof

Gerrit werd gelovig opgevoed. Zijn ouders kwamen uit verschillende kerken en vooral op vakantie ging het gezin vaak naar een andere kerk. “Ik vind het mooi als je elkaar herkent in het geloof in God. Dat heeft me geholpen om met christenen van allerlei achtergronden om te gaan. Kijk nu niet naar waarin je verschilt, maar naar wat je verbindt. Je vindt elkaar in de wil om God en de naaste te dienen.”

In zijn werk als arts bij een christelijke organisatie die is ontstaan vanuit verschillende stromingen,  kwam die openheid van pas. Die stromingen gaan niet altijd even makkelijk samen, ervaart Gerrit tot zijn spijt. “Erken dat die veelkleurigheid er is binnen onze organisatie. Gelukkig zijn we geen kerkgenootschap, maar een zorgorganisatie. Samen mogen we iets van onze medemenselijkheid laten zien. Zonder dat je daarmee de ander dwingt te worden zoals jij of dingen te doen zoals jij het doet.”

In de Rotterdamse verpleeghuizen van Lelie zorggroep werken vanuit die houding christenen en niet-christenen samen vanuit dezelfde gedeelde visie op zorg. “Als je hetzelfde aankijkt tegen de waarde van het leven, de mens waar we voor zorgen centraal wilt stellen, dan zou ik zeggen: kom erbij.” Gerrit haalt het verhaal aan uit het evangelie waar Jezus een man in Bethesda bezoekt die al 38 jaar ziek is, terwijl er niemand is die hem helpt. “Dat is een gruwelijke klacht en iets wat we niet willen. Er willen zijn voor de ander zit in het DNA van de medewerkers van Lelie zorggroep. Het kan niet zo zijn dat iemand niemand heeft.”

Van verpleeghuis naar de straat

Gerrit Nieuwenhuis werd geboren in 1954 in Delft. Hij studeerde geneeskunde en ging in 1982 werken als huisarts bij de gereformeerde stichting voor bejaardenzorg in Rotterdam. Hij is getrouwd met Els en zij kregen vier kinderen. Gerrit werkt al ruim 35 jaar bij dezelfde organisatie die inmiddels is uitgegroeid tot Lelie zorggroep. Naast zijn werk als specialist ouderengeneeskunde is hij als medisch adviseur lid van de directie Wonen met zorg. “Het is belangrijk dat er mensen zijn die de organisatie aansturen. Maar uiteindelijk is iedereen die meehelpt bij de zorg voor onze cliënten onmisbaar. De schoonmaker, de receptioniste, de verzorgende en alle andere disciplines. Ze zijn allemaal even hard nodig.” Eind jaren negentig zette Gerrit een medisch spreekuur voor dak- en thuislozen op. Van 2005-2008 was hij gedetacheerd als arts bij de ambulante GGZ. Hij houdt nog altijd spreekuur voor dak- en thuislozen en doet dit nu bij het Leger des Heils.

Zorg verdient waardering

www.leliezorggroep.nl

Waardeer mij

0900 22 44 777

Vragen? Advies nodig?

Neem dan contact op met een van onze adviseurs.